Home

Deze site geeft historie en betekenis van de wetenschappelijke namen van de vogels van Europa (en een toegift van 'andere namen', zie verderop). Voor zoeken naar een soortnaam, de dubbele naam van een vogel, ga naar Soort. Zoek via het alfabet daar, dat gaat het snelst. Zoeken via Google kan ook: ‘passer domesticus wnve’ geeft het artikel over de huismus. Ingeven van de naam in het zoekvak rechtsboven geeft het gezochte artikel ook, maar ook de ándere artikelen waarin de naam voorkomt. Voor genus en familie zoeke men op dezelfde manier (genus is geslacht, genera het meervoud). Wil men zoeken met de Nederlandse of Engelse naam: typ in het zoekvak rechtsboven, voor bijvoorbeeld het artikel over de groenling: "ned. groenling", of "eng. greenfinch", exact zo, inclusief de aanhalingstekens en de spatie; op het scherm dat vervolgens verschijnt, klik op de in blauw gezette naam. Wil men weten waar een soort of naam in álle artikelen voorkomt, typ dan, in dat zoekvak, alleen de naam. Elk ander woord kan men er natuurlijk ook ingeven.

Een familie omvat een of meer genera, een genus een of meer soorten. De gelaagheid van een familie is het makkelijkst te vinden door te klikken op de linker ‘tag’ direct boven de foto, of direct boven het kopje van een artikel (een tag is een label of etiket om mee te groeperen). Genera staan daar overigens alfabetisch, niet in de ornithologische volgorde zoals bijvoorbeeld veldgidsen het hebben (de families zelf staan ook alfabetisch). Via de ‘tag’ van een genus kan men daarnaartoe als in een artikel 'zie bij het genus' staat. In de artikelen zelf komt men via hyperlinks en de linker muisknop makkelijk bij dat waarnaar in het artikel verwezen wordt.

In een artikel behandel ik drie aspecten van een naam: wat hij taalkundig betekent, wat hij met de vogel te maken heeft, en wat de historie ervan is, alles voor zover ik heb kunnen achterhalen of beredeneren. In de Inleiding staat een en ander over wat wetenschappelijke namen zíjn. Heel wat artikelen geven een nieuwe interpretatie van een naam.

Bij de historie behandel ik ook wie in de ornithologie een soort als éérste had, al is dat niet altijd met een gróte mate van waarschijnlijkheid te zeggen.

Alle namen staan cursief, om niet steeds 'de naam fuut' te hoeven schrijven: fuut volstaat. Wanneer ik de vógel bedoel, schrijf ik: fuut. Omgekeerd is de regel: alles wat cursief staat is een naam.

Het meeste over een soort staat natuurlijk bij de soortnaam, maar soms moet men ook bij de genusnaam kijken.

Wat ik behandel zijn de ‘gewone’ vogels van Europa, de vogels die men met enige regelmaat kan zien - omdat ze in Europa broeden, overwinteren, of doortrekken. Het zijn er ongeveer 440. De dwaalgasten behandel ik niet. Ondersoorten ook niet, tenzij er een reden voor is.

De namen van genus en familie zijn variabel: door nieuwe inzichten verhuist een soort soms naar een ander genus, of een genus naar een andere familie. Een enkele keer ook verhuist er een terug. Ook komt het voor dat boeken of sites verschíllen in de naam die ze hanteren. Ik heb soms moeten kiezen. Voor mijn artikelen verandert door verhuizing zelden iets: familienamen hoefde ik niet te behandelen, omdat ze afgeleid zijn van genusnamen (de Passeridae van Passer, mus). De plaatsing in families zal ook blíjven veranderen, op grond van nieuwe inzichten. Maar de voorraad namen ligt grotendeels vast, zeker voor de soorten van Europa, waar de ornithologie ontstond en waar namen een rijke historie hebben.

In de oude boeken die ik voor de artikelen moest bestuderen, is lang niet alles zomaar duidelijk. En in de etymologie ook niet. De graad van waarschijnlijkheid die me van toepassing leek, geef ik aan met ‘mogelijk’, ‘waarschijnlijk’, en variaties hierop. Gebruik ik zoiets niet, dan was ik van het gestelde overtuigd.

Herman Wilms, Utrecht

Voor alle hulp, discussie en kritiek dank ik, in alfabetische volgorde: Henk Blok, Jan van der Brugge, Klaas Eigenhuis, Igor Lebedev (Rusland), Paul Marcus, Jos Swanenberg, Tommy Tyrberg (Zweden), Michiel de Vaan, Ruud Vlek, Dick Woets.

De site is het werk van Ruud van den Berg. Hem ben ik speciale dank verschuldigd.

-

Andere namen. Om van een soort een klein portret te geven behandel ik na de wetenschappelijke naam enkele typerende of opvallende ándere namen. Het is een keuze uit de vele volksnamen en boekennamen die er zijn. Ik deel ze in naar de drie overheersende benoemingsmotieven bij de vogelnamen: Uiterlijk, Gedrag, Voorkomen. Daarnaast gebruik ik twee restcategorieën. Algeméne namen zijn meestal te vinden bij het genus (meeuw bij Larus, duif bij Columba, enzovoort, hoewel mus bij de huismus, omdat het van oorsprong typisch dáárvoor een naam was) (sommige overigens staan bij de genusnáám, omdat ze er etymologisch horen, eend bij Anas bijvoorbeeld, of omdat ze er qua betekenis horen, kwikstaart bij Motacilla bijvoorbeeld).

(U) kleed, grootte, snavel, poten, staart, enzovoort

(G) duiken, jagen, baltsen, enzovoort, ook: voedsel, ook: de geluiden

(V) de biotoop, een regio, een bepaalde tijd, ook: de algeméénheid van voorkomen

(X) namen niet gerelateerd aan een kenmerk, wel aan bijvoorbeeld een mythe, of aan gedrag van de mens

(?) onduidelijke etymologie, of een waarbij er veel vragen zijn

In sommige namen zitten twéé benoemingsmotieven, bijvoorbeeld in oeverloper: deze zet ik bij het motief dat me het belangrijkste lijkt, of bij het motief dat ik wil benadrukken.

Sommige soorten, aan de randen van Europa, kende men slecht, zoals ook sommige trekvogels: ze kregen weinig namen, en onder die artikelen vindt men meestal niets.

-

De wetenschappelijke namen had ik klaar in 2016, de aanvullende namen in 2020.

Ongetwijfeld heb ik fouten gemaakt en dingen over het hoofd gezien. Hopelijk niet teveel.

Vanaf nu voeg ik soms nog een naam toe en als er een reden voor is verander ik iets aan de inhoud.