Photo credit: john.purvis on Visualhunt

Columba Linnaeus 1758

Voor de naam zelf zie bij columba palumbus.

-

Enkele andere algemene namen voor de duiven (de codes zie op Home):

(U) Frans colombe, voortgekomen uit Latijn columba, maar in Frankrijk gebruikt men vaker pigeon, zie hieronder. In het Italiaans is de algemene naam colombo, Christoffel Columbus, Italiaan, heette Cristoforo Colombo. In Rusland heeft men voor duif goloeb’, een naam die verwant is met columba, zie bij columba palumbus. Tsjechisch holub hoort hier ook, schrijft Holub 1967.

(G) Engels pigeon, ontleend aan Frans pigeon. In het begin van de 13e eeuw opgetekend is “deus pijons de colons”, ‘twee jongen van de duif’. Dat oude pijon kwam uit Volks Latijn pipio voor het jong van een vogel, in het bijzonder van een duif, de naam was ontstaan uit Latijn pipire: piepen, betekende dus ‘pieper’. Veel jongen zijn 'piepers', maar duiven ‘hield’ men, met hun geluid was men meer bekend. Vergelijk: in Limburg is er in diverse plaatsen voor de jonge duif pieper. Zie trouwens ook vipio bij anas penelope, en Engels wigeon daar. In de handel had men het liefst de jonge vogels en zo begon de ópmars van Frans pigeon: de naam verdrong het oudere coulon, coulomb. In Engeland, vanaf de 16e eeuw, verdrong pigeon het oudere dove.

(?) Nederlands duif, Engels dove, Duits taube, Zweeds tuba, enzovoort, het is een uitsluitend Germaanse naam. Vaak is klanknabootsing geopperd, door het oorspronkelijke OE in de naam, vergelijk Oudhoogduits tûba, Saksisch doeve, tegenwoordig wordt dit betwijfeld. Anderen hebben ‘kleur’ verondersteld, en dan zou het donkere vogel zijn, of de doffe (en in diverse namen voor duiven zít kleur, zie bij de soorten). Ook is gedacht aan een verband met Oudengels dūfan: duiken, maar het ‘Etymologisch Woordenboek van het Nederlands’ (2003-2009) concludeert: “Gezien de geringe verspreiding en het betekenisveld moet eerder gedacht worden aan een substraatwoord” (substraat: onderlaag, een oudere taal waaraan de latere bevolking van een gebied woorden ontleent; is de substraattaal niet-verwant, dan is de betekenis van een woord meestal niet te achterhalen). Kroonen 2013 echter onderbouwt de verbinding met dūfan toch. Weekley 1952 had al: dove is “probably cognate [verwant] with ‘dive’, from dipping flight”, en de naam betekent dan duiker. Houtduif en zomertortel gaan in de baltsvlucht eerst omhoog, zeilen vervolgens met stijf gehouden vleugels weer naar beneden. Men kan er duiken in hebben gezien, en in de beweging naar boven de aanzet tot duiken. Een volksnaam voor dit gedrag lijkt niet te vinden. Misschien was duif dat dan.