Photo credit: Internet Archive Book Images via Visualhunt.com
Botaurus Stephens 1819
Hoewel auteurs verschillen in de precieze afleiding van botaurus, verschillen ze niet in de kern: het is een naam voor het diepe, ver hoorbare ‘whoemp’, de met korte pauzes herhaalde misthoornachtige baltsroep van het roerdompmannetje. Het geluid maakte altijd veel indruk, gaf ook angst, bijgeloof en fantasie, en een groot aantal namen. Een piepkleine selectie: bij de Romeinen de klanknabootsing butio (U = OE), een door Gesner 1555 genoteerd Duits moßochs (moeras-os), een door Buffon 1770-1783 genoteerd Italiaans trombone, huidig Engels boomer, Limburgs womp, en waarschijnlijk ook het tweede deel van roerdomp (roer is riet). Voor meer namen ervoor zie bij de vogel zelf, botaurus stellaris.
Voor de naam botaurus, in de 12e eeuw butaurus, geeft men meestal op dat hij voortkwam uit een ouder *buti-taurus, waaruit ook Oudfrans butor voortkwam, idem 12e eeuw, en daaruit Middelnederlands butoor en putoor. In het eerste deel zit de taalkundige wortel van Latijn butio, in het tweede deel Latijn taurus: stier, os. Bij het ‘whoemp’ staat in de boeken vaak: ‘brult als een stier’, ‘loeit als een koe’. Of er staat iets over een misthoorn.
In het deel taurus kan ook taurus terechtgekomen zijn, een naam bij Plinus uit de regio van het Zuid-Franse Arles, waarin men meestal de roerdomp ziet. Plinius: hij doet het geloei van een rund na, anderszins is hij klein. Kinzelbach echter stelt, in “Laufhühnchen Turnix sylvatica im antiken Gallien”, een artikel in ‘Vogelwelt’ jaargang 1995, dat het de gestreepte vechtkwartel was: het vrouwtje daarvan maakt een geluid dat vergelijkbaar is (Svensson 2010: “aan verre misthoorn herinnerend”). De interpretatie hangt voor een belangrijk deel af van het opvallende ‘anderszins’ bij Plinius (alioquin). Kinzelbach ziet er de paradox in “daß ein so kleines Tier ein so mächtiges Ochsengebrüll von sich gebe” (de gestreepte vechtkwartel is 16 centimeter). Maar Plinius kan ook hebben willen zeggen: vergeleken bij het rund dat hij nadoet is hij klein (of hij bedoelde: bij zo’n geluid verwacht je een enorm grote vogel, maar hij is niet enorm). De roerdomp is dus niet zomaar uit te sluiten.