Ch. Whymper. Photo credit: Internet Archive Book Images on Visualhunt

Panurus Koch 1816

Gezien panurus is het baardmannetje, panurus biarmicus, 'de geheel gestaarte'. Grieks pas (in samenstellingen pan-), betekende ‘geheel’, vergelijk 'pandemie', en Grieks -ouros betekende ‘-gestaart’. Vrij vertaald is panurus dan: staartvogel, ‘de gestaarte’ mag ook, maar bedoeld is natuurlijk de érg gestaarte, de staart is ongeveer zo lang als het lijf. Vergelijkbaar is het op het eerste gezicht net zo merkwaardige caudatus bij de staartmees, aegithalos caudatus. Misschien nam Koch daaraan wel een voorbeeld.

Deze staartmees had hij in heel ander genus, in acredula, óók van hem. Van beide namen geeft hij geen uitleg. Staartmees en baardmannetje horen inmiddels niet meer bij de mezen, evenmin als de buidelmees, remiz pendulinus. Het zijn eigenzinnige mezen geworden.