Photo credit: cuatrok77 via VisualHunt / CC BY-NC-SA

Marmaronetta Reichenbach 1853

Latijn marmoratus betekende: van marmer. Nadat de marmereend in 1832 door Ménétries met anas angustirostris benoemd was, zie bij marmaronetta angustirostris, geeft Temminck anas marmorata, daarna Eyton dafila marmorata, met als uitleg: “The whole body beautifully marbled with light sepia brown and dusky white”. Reichenbach inspireert dit tot een Grieks genus: in marmaronetta zitten Grieks marmaros: marmer, en Grieks netta: eend, zie bij het genus netta. De genusnaam betekent dus: marmereend.

Toch, omdat marmer veelal geaderd is, is ‘gemarmerd’ niet de meest voor de hand liggende associatie bij deze eend. De achtergrond is dat Engels 'marbled' rond 1700 ook gaat worden gebruikt voor dieren en planten die gevlekt of gestippeld zijn. En zo heeft Pennant 1785 een Engels marbled guillemot voor een gevlekte alk. Gmelin 1789, die voor deze alk daardoor colymbus marmoratus bedenkt, realiseerde zich waarschijnlijk niet dat Latijn marmoratus van oorsprong níet die betekenis had. Tegenwoordig heet deze alk: brachyramphus marmoratus.