Photo credit: Agustín Povedano via Visualhunt / CC BY-NC-SA
Aegypius Savigny 1809
Diverse Griekse schrijvers hadden een naam aigupios, soms voor een arend, vaker voor een gier, soms in het bijzonder voor de lammergier (Thompson 1936). Eventueel was het dan een algeméne naam, zoals ook Grieks gups, zie bij gyps - maar onder andere doordat Aelianus de vogel als zwart beschreef, komen Arnott 2007 en Lunczer 2009 op één vogel uit: Arnott op de monniksgier, Lunczer op de juveniele aasgier.
Sommigen verbónden de twee namen met elkaar, dachten dat aigupios ontstaan was uit aix, aigos: geit, en gups, en dat er eigenlijk *aigigupios stond: geitgier, vergelijk Nederlands lammergier voor gypaetus barbatus. Anderen dachten dat het woord er oorspronkelijk heel anders uitgezien had, maar onder invloed van aix en gups veranderd was in iets wat geitgier léék te zijn. Huidige etymologen zien er niets in, onder andere doordat ook de vorm aigipops opgetekend is (Beekes 2010). Maar een alternatief idee is er nog niet.
Met Grieks Aiguptos, Egypte, heeft de naam niet te maken, wel dacht men door de gelijkenis dat Aiguptos het land van de gieren was. Tot slot is er in een van de Griekse mythen een Aigupios, zie bij het genus neophron, maar het meest waarschijnlijke is dat hij naar aigupios werd genoemd, niet andersom.
Het gevolg van al de onduidelijkheden is dat in de latere ornithologie velen niet weten wat ze met de naam moeten. Pas bij Savigny krijgt hij een plaats (veel genusnamen voor roofvogels zijn van Savigny, zie idem bij neophron). Zijn tweede gierengenus in 1809 is aegypius, en de soort daarin, de enige soort erin, is de monniksgier, aegypius niger, niger vanwege “corpore nigricante”, het zwartachtige lijf (p.74). Als Arnott gelijk heeft met zijn afleiding, is aigupios bij de juiste soort terechtgekomen.